In de natuur is het vaak eenvoudiger om roofdieren te ontlopen als het gedrag van de dieren in een groep gesynchroniseerd is (uit het boek ‘Dieren van de hele wereld’).
Uitvliegende jonge zwarte zeekoeten zijn een makkelijke prooi voor grote meeuwen. Maar doordat vrijwel alle jongen gelijktijdig het nest verlaten, wordt het relatief kleine aantal aanvallende meeuwen overstelpt met prooi en kan een groot aantal jongen deze kritieke fase overleven.
Ik weet niet hoe het gesteld is met groene zeekoeten in een witte wereld of in een wereld met gekleurde cirkels.
Overigens legt een zeekoet één ei. Dat is puntig zodat het niet van een richel afrolt, maar in een kringetje blijft rondraaien (dat laatste komt ook bij mensen voor).
Het ei ligt er rustig bij. Vooralsnog geen meeuw te bekennen. Het komt goed.